Beschrijving

Anton Bruckner is voornamelijk bekend om zijn monumentale symfonieën, maar voordat hij over het meesterschap beschikte om deze kathedralen van klank op te zetten, bekwaamde hij zich in het schrijven van kleine miniaturen. Ze nemen slechts een bescheiden plaats in tussen al het grote werk van de meester, maar het zijn de eerste zelfstandige symfonische werken van de jonge Anton Bruckner. Ze werden alle vier geschreven in 1862, toen hij compositie studeerde bij Otto Kitzler. In deze vroege werken is echter zijn gevoel voor klankrijkdom en instrumentatie reeds te herkennen.

INSTRUMENTEN1 Full Score – 4 Flute I – 4 Flute II – 2 Oboe I + II – 2 Bassoon I + II – 1 Clarinet Eb – 4 Clarinet I – 4 Clarinet II – 4 Clarinet III – 1 Alto Clarinet Eb – 1 Bass Clarinet – 2 Alto Saxophone I – 2 Alto Saxophone II – 2 Tenor Saxophone – 1 Baritone Saxophone – 2 Trumpet I – 2 Trumpet II – 2 Trumpet III – 4 Horn I + II Eb – 4 Horn I + II F – 2 Trombone I C – 1 Trombone I Bb (TC) – 1 Trombone I Bb (BC) – 2 Trombone II C – 1 Trombone II Bb (TC) – 1 Trombone II Bb (BC) – 2 Trombone III C – 1 Trombone III Bb (TC) – 1 Trombone III Bb (BC) – 2 Baritone C – 2 Baritone Bb (BC) – 2 Baritone Bb (TC) – 2 Bas Bb (TC) – 2 Bas Bb (BC) – 2 Bas Eb (TC) – 2 Bas Eb (BC) – 4 Tuba C – 1 Stringbass – 1 Timpani